zondag 25 oktober 2015

Later


Iedereen droomt als kind over de toekomst. "was ik maar groot" is iets wat ieder kind wel eens heeft gedacht, ook ik. Immers als je groot bent mag je grote mensen dingen doen. Dingen die je als kind niet mocht maar o zo graag wel wilde doen. Tot diep in de nacht tv kijken, alcohol drinken, op een scooter rijden of met de auto, zelf beslissen wat je eet en wat niet, uit het melkpak drinken enz. Dromen over hoe succesvol je zal zijn, dromen over een gezin, dromen over god mag weten wat en wat waren die dromen mooi. Bijna zo mooi als sprookjes met de prins op het witte paard, dat je de held was van je eigen verhalen, dat alles mogelijk was want wat niet kon was immers nog nooit gebeurd.

Als het dan later is, wat is er dan nog over van je dromen. Ik keek vanmorgen in de spiegel en vroeg me af, wat is er nou van mij geworden? Geen baan, geen gezin, niet succesvol. Is dat de toekomst? Ik snap nog altijd geen barst van hoe dingen nou gaan. Elke dag is een dag waarop je kan zeggen, "is dit nou later?" ik ben nog altijd kinderlijk naïef, teken nog altijd poppetjes in het condens op de spiegel na het douchen en giechel om Shaun the Sheep. (hoe kan het ook anders) Eigenlijk val ik al heel mijn leven een beetje buiten de boot.

Als bijna dertiger heb ik in de loop der tijd veel littekens opgelopen en soms vraag ik me af, "heeft het me sterker gemaakt of juist kwetsbaarder" ik besef dat ik niet het type ben waar je de oorlog mee wint. Ik ben de eeuwige dromer, schrijver, derderangs poëet. Zelfspot is me niet vreemd. De dromen van vroeger heb ik nog altijd, al zijn ze wel iets bijgesteld. Dromen zijn toch een soort van houvast ten tijde dat het niet meezit, ten tijde dat je diep bedroefd bent om alles wat niet is gelukt en om wat nooit zal zijn. Als ik om me heen kijk zie ik alles waarin ik faliekant ben mislukt. De maatschappij verwacht tot het nodige van je, familie verwacht het nodige van je, het leven verwacht het nodige van je. Ik zie hoe mensen mama en papa worden, ik zie hou mensen wij worden, ik zie hoe carrièretijgers hun doel besluipen en binnen halen als een trofee. Ik hoor hun toekomstmuziek als een vrolijke melodie, haast sereen en suikerzoet. Ja, het verhaal met het gras en de buren is mij niet vreemd maar waarom lijkt het alsof mijn tijd stil blijft staan en alles om me heen verandert, succesvol is?

Sommige gevoelens, gedachten, ze zitten diep verankert en niemand of bijna niemand zal ze kennen. Het is alsof je moet spelen op een gitaar met maar twee snaren. De melodie is geen melodie meer maar een ritme. Niet altijd mijn ritme. Soms vraag ik me af wat er van me geworden was als ik een normaal brein had gehad, wat er van me was geworden als ik niet zo was gepest en getreiterd, wat er van me was geworden als ik de doelen die ik voor ogen had wel had behaald. Zou ik dan gelukkiger zijn dan dat ik nu ben? Het zal een eeuwig raadsel blijven. Ieder huisje draagt zijn kruisje, een kneuterig tegeltjestekstje maar wel de waarheid. Soms zou ik het kruisje en het huisje van een ander willen. Domweg om eens te kijken of mijn leven, mijn ikzijn nu echt zo verkloot is.

Ik ben nu vrij, vogel vrij maar toch vlucht ik telkens voor alles wat me bang maakt. Zit ik soms gevangen in mijn eigen gedachtes, bang voor de door mijzelf gecreëerde beren op mijn pad. Ik lijk misschien stoer, heb misschien een grote bek maar dat is allemaal schijn. Ik zit liever te schrijven, kerf hartjes in bomen met een pijltje met een letter van een niet bestaand vriendje, ik wandel liever een gat in de wind en zie in elke wolk wel een beest, demoon of fantasiedier. Ik ben niet het type dat kroeggevechten wint. Misschien wel een wedstrijd 10 voor taal, een wedstrijd spijkerpoepen of een wedstrijd frikandellen eten.

Soms vraag ik me af hoe het is om van iemand te zijn, ook al krijg ik heel snel een geestelijke astma-aanval als iemand te dicht bij komt. Soms vraag ik me af hoe het is om samen te zijn, soms vraag ik me af wat het "wij gevoel" precies inhoudt. Soms vraag ik me af hoe het is om thuis te komen en iemand zegt "schat fijn dat je thuis bent" het klinkt cliché maar ook verlang naar dit soort kneuterige Allerhande-Libelle momenten. Gewoon een knuffel, gewoon een kus, gewoon een "doe voorzichtig" gewoon een ruzie om niks, gewoon een "wij"

Ach, misschien doe ik het ook wel niet zo slecht. Oké ik help geen bejaarden met oversteken, loop niet door weer en wind met een collectebus voor welk goed doel dan ook maar toch doe ik mijn best om mijn steentje bij te dragen aan de huidige maatschappij die zoveel eisen stelt. Misschien ben ik wel zo een exemplaar dat altijd zwerver van haar eigen leeft blijft. Zo een type dat rondscharrelt bij de éénpersoonsmaaltijden rond sluitingstijd van de supermarkt, zo een type dat geloofd in de tandenfee en daarom, als de tijd daar is, haar gebit in een afgesloten kistje doet. Misschien ben ik wel zo een type dat wat vaker haar brievenbus moet wassen, haar stoepje moet boenen en niet trots moet zijn op een ferme boer. Misschien ben ik wel zo een type dat altijd een plastic tasje vergeet als het gaat boodschappen doen zodat ik aan het einde van het jaar tig tasjes heb. Misschien ben ik wel zo een type dat in het holst van de nacht droevige teksten schrijf opdat alles in de avond erger is dan overdag. Misschien ben ik wel het type dat iemand eeuwig lief kan hebben ook al is het niet de mijne.



donderdag 15 oktober 2015

Vrouwen



Vrouwen zijn toch rare wezens. Zo leren ze hun kroost om volledig zelfstandig naar het toilet te gaan. Dat gaat meestal goed tot het moment dat het meisjes betreft. Dan is de zaak reddeloos verloren want als ze rond de 12, 13 zijn treedt het kuddeplassen in werking. Moet je maar eens opletten. Vrouwen gaan zelden alleen naar de wc als ze met meerderen op een plek zijn. Ik niet. Ik stort een halve liter bier in de slokdarm en ga een half uur later als een wijf zitten zeiken. Je weet wel, dat het porselein ter ziele gaat en het etablissement opeens een craquelé wcpot heeft maar dat terzijde.

Ik ging onlangs naar een wokrestaurant en daar gebeurde het volgende. Er was een groep met mannen en vrouwen. Een van de vrouwen moest kennelijk plassen, of een tampon verwisselen, of haar maandverband zat klem zodat ze weer wat poesharen armer was of ze moest een lijntje snuiven. Afijn, ze staat op en zegt "ik moet naar het toilet ga je mee" Andersom komt ook voor, dat iemand ondertussen met gekruiste benen met smart zit te wachten tot iemand roept dat ze naar de wc kan zodat je kan roepen "ik ga mee" dan gaan dus, minimaal 2 vrouwen richting het toilet en wat er dan allemaal gebeurd is mij compleet een raadsel. Sowieso is het mij compleet een raadsel waarom vrouwen altijd in kuddeformatie naar het wc moeten.

Nog zoiets vreemds. Zitten twee vrouwen op het terras, vraagt de ober aan de ene "wat wilt u drinken" ze kijkt diepzinnig, alsof ze na denkt over het CO2 probleem wereldwijd en zegt tegen haar metgezel, geen idee wat neem jij? Dat vind ik nou zo eigenaardig. Bij mij doen mijn vriendinnen dat niet, nee zij drinken Hugo of cassis en ik bestel 9 van de 10 keer een gele rakker.

Kom je in een kledingwinkel. Ken je dat? Zie je vrouwen met een hele stapel dezelfde broeken richting de pashokjes a.k.a. sauna's lopen. In de ijdele hoop dat ze nu, na een weekje Wasa wel in maatje 36 passen. Nee trut zo snel gaat dat niet! Doe jezelf het toch niet aan. Die ellende van tig broeken die niet passen zodat je van pure ellende bij de Delifrance een chocomelk met slagroom besteld. Daar kunnen die droge grafcrackers niet tegenop, ik zweer het je.

Niet dat ik het allemaal zo perfect doe. Ik loop rond als Superman als ik een bierboer van meer dan 10 decibel produceer, ik drink melk rechtstreeks uit het pak en ik roep tegen de scheidsrechter klootzak als hij een fout maak. (op tv) ik ga met mijn vingers door een bakje smeerkaas en ik spuit altijd wel iets in mijn oog. Haarlak, deodorant of parfum. Ik roep heel hard "Boe" als iemand met uiterste precisie oogpotlood aanbrengt zodat ze per abuis het potlood in haar oog steekt en door het leven gaat als zwartkijker of dat haar hoornvlies eenzijdig gebarsten is. (nog meer craquelé) ik lach om mijn eigen grappen en doe net alsof ik heel goed kan parkeren. Hoe ook, ik blijf me over mijn eigen soort verbazen. Vandaag stond ik aan de kassa twee pijpjes en een pak maandverband af te rekenen (epileer de rest maar mee) komt er een vrouw aangehuppeld en ze zegt met een torenhoog stemmetje "was je nou al weer zwanger" (tegen de kassamiep) Kassamiep was al bijna weer zwanger! 't kind in kwestie was al een half jaar, wat heet het ging al bijna naar de middelbare school. Weldra ontstond er een hoop gekakel over niks. Knap hoor! Zo eigenaardig....

Vrouwen staan ook altijd te roepen wat hun man moet doen. Wel eens gezien? Zo nee, moet je maar eens opletten. Vandaag ging ik een griepprik halen. Voor mij was een ouder echtpaar. Zij zat hem voortdurend te vertellen wat hij moest doen. "Henk, trek je trui vast uit we zijn zo aan de beurt" "Henk heb je de brief wel bij je?" "Henk geef die trui maar hier anders vergeet je hem nog" kom op zeg, alsof Henk in kwestie een volslagen idioot is, die zo dom is als de nacht. Ach, ze zal vast wel iets liefs hebben, goed kunnen koken of ontzettend goed kunnen neuken. Zoiets is het toch altijd?

Afijn, genoeg gestigmatiseerd, over een kam geschoren en gegeneraliseerd, tijd om te gaan slapen.

Lieve oude man



Weet je, als ik naar je kijk dan zie ik wat je hebt meegemaakt, zonder exact te weten wat. Het is meer een gevoel... was je op de vlucht voor die verrekte moffen? Was je een dapper soldaat die geen keuze had? Die op het slachtveld dacht aan zijn gezin zonder te weten of hij ooit nog terug zou keren? Was je bang of juist een dapper man? Schreef je kaarten naar je thuisfront? Ik vraag me het telkens af als ik je zie wanneer je in gedachten uit het raam staart. Jij, het verleden van mijn vaderland... je handen trillen, je verstaat me niet meer zo goed en vaak mijmer je over god mag weten wat.... en toch is er zoveel dat ik je zou willen vertellen, gewoon omdat jij zo een dapper mens was, omdat jij wijs en oud bent en ik jong en nog onwetend...

Ik zou je willen zeggen dat ik o zo bang ben, bang om mijn ware ik te laten zien, bang om breekbaar en kwetsbaar te zijn. Bang om kwijt te raken wat me lief is. Ik weet wel dat ik een grote bek heb, ik weet wel dat ik soms sorry moet zeggen en soms moet beseffen dat niet alles vanzelf gaat. Ik moet me realiseren dat ik in groepen een ramp ben en mezelf geen houding weet te geven. Ik zou je willen vertellen dat ik bang ben om niemand te worden en om niemand te zijn. Dat, als de tijd daar is, ik niemand ben geworden en men niet weet wat men op mijn grafsteen moet zetten. Soms weet ik niet wat ik moet zeggen en staar ik in het eindeloze niets. Weet je wat zo moeilijk is aan het hier en nu? Dat er van alles van je wordt verwacht, meer dan je kan waarmaken, meer dan je werkelijk bent. Geloof me, ik ben geen sociaal wonder maar ik doe wel mijn best, geloof me ik ben geen dapper strijder, ik mijd spinnen als pest. Ik ben geen keukenprinses al zijn mijn gehaktballen niet te versmaden, geloof me ik zeg je weinig al kan je mijn gedachten nog zo goed raden.

Soms vraag ik me af, "wat als ik jou was" zou ik dan ook zo dapper zijn om te vechten tegen de bierkaai? Was ik dan ook zo vaderlandslievend en trok ten strijde? Wat als ik jou was, dapper en vol moed. Ik heb respect voor je... ook al kan je nu niet meer dan mijmeren, genieten van mooie muziek en me aankijken alsof ik een vreemde voor je ben al zie ik je nog zo vaak. Ik praat met je familie en zie de pijn in hun ogen omdat je hen niet meer herkend. Ik zie en hoor wat hun zorgen zijn omdat je niet zo goed eet en niet alles meer even goed weet. Ik wou dat ik ze kon zeggen dat je leeft in je eigen wereld maar dat jouw verleden nooit wordt uitgewist. Ik wou dat ik ze kon vertellen dat je wel wil maar niet kan, simpel omdat je al zo gestreden hebt voor wat is en wat misschien nooit zal zijn.

Ik zie je zitten, telkens weer en telkens vraag ik me af... weet je wel hoe belangrijk je was voor ons land? De lintjes, de lof, het was toen en niet nu. Nu kijk je me aan alsof ik een vreemde ben, vraag je me keer op keer om een koekje die ik je niet mag geven. Ik zie hoe je geniet van de muziek uit jouw tijd maar je hebt geen idee van wie het was. Ik zie dat je telkens weer je afvraagt wie die bewuste zuster of broeder nou is... telkens weer vreemden voor jou, telkens weer situaties die je niet herkend. Ik zou willen dat ik je kon helpen maar helaas... ik kan niet anders doen dan zeggen dat ik diep respect hebt voor wat je voor ons land hebt betekent. Ik zou het niet eens kunnen, laat staat durven. Geloof me, ik ben een figurant en een verdomd slechte. Ik ben bang, bang voor de toekomst, bang voor wat komen zal en bang om te verliezen wat me lief is.

Op de thee bij de dominee #25

 Het is triestig weer. Miezerregen en niet uitgesproken warm. Met de leenauto naar Wierden! Tieske ophalen voor een wandeling en daarna babb...